Met een nieuwe bezetting kwam het Baarnse viertal afgelopen vrijdag nèt te kort om de wedstrijd naar zich toe te trekken. Erik van Lier won, en Mario Lamberts speelde remise. De Barnevelders gingen naar huis met de winst.
Op papier zag het er weer eens goed uit. Het Baarnse viertal had drie uit twee gescoord, en Barneveld maar twee uit drie met voor beide teams bijna evenveel bordpunten. Maar zoals vaker bleek de werkelijkheid weerbarstiger.
Erik en de octopus
Met een 1. d4 opening van Hans Lijster tegen zich besloot Erik van Lier na 1. … d5 2. c4 het Albin tegengambiet op het derde bord te zetten. Die opening zie je minder vaak op het clubbord verschijnen, maar is in praktijk goed speelbaar.
Na het slaan door wit van de gambietpion op e5 schuift zwart zijn d-pion door naar d4 en neemt daarmee ruimte in het centrum in. Je moet als wit speler wel iets van het gambiet af weten, want het proberen te verjagen van deze pion met e3 (iets dat er erg logisch uit ziet) staat bekend als de Lasker openingsval en brengt wit in grote problemen (als zijlijn in de partij van Erik aangegeven). De heren kozen voor de hoofdvariant 4. Pf3 Pc6.
Met hulp van Hans die zijn zwartveldige loper al snel afruilde, kwam Erik met een mooie stelling uit de opening. In het middenspel wist Erik zijn enige nog overgebleven paard door een ongelukkige pionzet van zijn tegenstander op een voorpost veld op de derde rij in zijn stelling te krijgen, waardoor het een monsterlijke invloed op de vijandelijke stelling krijgt. Dit wordt ook wel een ‘octopus’ paard genoemd, bekend geworden door de 16e partij in Kasparov tegen Karpov om de wereldtitel in 1985 (zie dit Youtube filmpje). Met zoveel controle van zwart over de witte stelling is het voor wit slecht stukken schuiven en kan zwart rustig zijn troepen actief opstellen. Een fout berekend offer van Hans in zet 18 kost hem een stuk, en de netjes door Erik opgebouwde druk rondom de overblijvende witte stukken maakt de partij af. 1 punt voor Baarn.
Mario en de isolani’s
Johan van den Broek en Mario Lambrechts speelden op het tweede bord ook een dame-pion opening, een variant op de Dame-Indische verdediging. De dameflank was ook de enige plek waar in deze partij actie op het bord te vinden was, de koningsstellingen kwamen er niet aan te pas.
Mario wist vlot te ontwikkelen en stond al snel erg actief, met veel controle over het centrum. In het algemeen wordt bij de Dame-Indische verdediging de fianchetto poinzet b6 gevolgd door het activeren van de fianchetto-loper via Lb7, om zo met de mooie diagonaal a8-h1 weer controle over het centrum wat terug te pakken en ook in de witte koningsstelling te kunnen schijnen.
Johan voerde het fianchetto plan echter maar half uit, en had daarmee wel de lasten (verzwakte witvelden) maar niet de lusten (actieve loperdiagonaal) van deze opening. Mario opende in zet 10 de c lijn, maar hier wist Johan het meeste profijt uit te halen. In de dans om deze lijn werden weinig fouten gemaakt, maar helaas eindigde Mario wel met twee isolani’s. Niet prettig om mee te spelen. Toen uiteindelijk via deze lijn werd afgeruild en er een pionneneindspel met twee paarden in gegaan werd, bood Johan remise aan. Hij stond op dat moment misschien wel iets beter door de twee isolani’s van zijn tegenstander (Mario accepteerde dus ook de remise), en wie weet hoe zo’n eindspel eindigt. Een foutje is immers zo gemaakt. 1,5 – 0,5 voor Baarn. Nog maar 1 puntje nodig voor de winst.
Suzan en de stukgelopen koningsaanval
Op bord vier werd door de spelers een mooie Spaanse opening neergezet. En wel de klassieke Steinitz, met de vaak als overbodig getypeerde dekkingszet 3. … d6.
In het middenspel weet Suzan een mooie positie op te bouwen. Mede door een foutje van haar tegenstander Richard Rijken komt ze actiever te staan, met een mooie pionnenstructuur en veel stukken die de koningszijde in kijken.
Richard gaat dan pas rokeren, waarna Suzan met het opspelen van de f-pion een scherpe koningsaanval kan starten. Dat pionnen ook te snel kunnen gaan merkt Suzan na 24. f6. Het idee van de zet was dat deze niet geslagen kon worden, omdat dan mat in een volgt. Maar Richard komt met het scherpe g6 als antwoord. Als daar ook nog fout op wordt geantwoord, staat hij ineens een paard voor. Ondanks deze achterstand speelt Suzan door tot het einde, maar nadat zwart een dame via een pionpromotie haalt, is het snel afgelopen met iets meer dan een minuut aan beide zijden op de klok. 1,5-1,5 als tussenstand.
Martijn en de gemiste vork
Dat tactisch inzicht ook soms onder tijdsdruk en 1 zet diep mis kan gaan ondervond Martijn in zijn partij tegen Peter Lamberts op bord één.
In de half-Slavische opening die op het bord kwam wist Peter mooie druk op de dameflank te ontwikkelen. Door veel ruimte te pakken, zat Martijn wat te hannesen met zijn b-paard, en een verkeerde zet om uit de verstikkende stukken van wit te ontsnappen leidde tot het verlies van een belangrijke c-pion in de stelling van zwart. Martijn probeerde diverse tactische grappen uit op Peter, die steeds dit (soms bewust en soms ook onbewust bleek in de analyse) wist te omzeilen. Uiteindelijk werd de dreiging van de c en b-pion van Peter, die al gevaarlijk begonnen op te trekken naar de eindstreep, door Martijn afgeruild voor een kleine kwaliteit. De ontbrekende pion bleef echter mentaal knagen, en een offer in zet 28 om activiteit te ontwikkelen kwam minder goed uit de verf dan Martijn wilde. Dat spelers met minder tijd op de klok toch tot het gaatje scherp moeten blijven, bleek aan het einde van deze partij. Wit besloot in zet 47 een eenzame a-pion van zwart op te halen, maar zag niet dat dit via een paardvork met schaak door zwart kon worden afgestraft. Het geluk was aan de kant van Peter, want Martijn zag het ook pas nadat hij zijn zet al had gespeeld. Gemiste kans, balen. Wit wist vervolgens het eindspel keurig af te wikkelen en haalde het laatste punt voor Barneveld binnen.
De finale uitslag van de viertalwedstrijd:
Baarn 1 | Barneveld 2 | 1½−2½ | |
1 | Martijn Kruiswijk | Peter Lamberts | 0−1 |
2 | Mario Lambrechts | Johan v.d. Broek | ½−½ |
3 | Erik van Lier | Hans Lijster | 1-0 |
4 | Suzan Roothaan | Richard Rijken | 0-1 |
De volgende viertalwedstrijd is maandag 16 maart, uit tegen Nijkerk 2.
Team- en speeloverzicht | Actuele resultaten | SGS overzicht groep 2A | SGS wedstrijdreglement
Voortreffelijk gedaan Martijn, en leuk om een analyse van een eigen partij te zien. Zeer leerzaam! en blijkbaar een dame-indisch met het verkeerde paard gespeeld, ik zat altijd maar met damegambiet in mijn hoofd en was volledig in de veronderstelling dat het het juiste paard was. Tijd om de Openingsboeken nauwkeuriger te lezen. Oh, en ergens in 1 van de eerste regels een achternaam verwisselt,kan gebeuren !
Had ik nog kansen gehad op goed spel in mijn partij? mijn paard stond vast, om de b-pion te verdedigen , dus enige optie is de koning naar voren…
Wat een mooi, helder en uitgebreid verslag van een externe wedstrijd, mét partijen! Dit zet duidelijk de standaard van hoe zo’n verslag op zijn best kan zijn. Hulde! 🙂
Inderdaad een erg fraai verslag. Met ook een leuke draai er in, zodat ónze ‘Lamberts’ nog een puik resultaat bereikte:).
De match is heel leuk omschreven. Ik hou persoonlijk ook wel van een uitgebreide stijl maar je hebt de schaakbegrippen ook heel praktisch toegepast Martijn en met leuke voorbeelden, klasse! En ik ben het ermee eens dat dit wel een voorbeeld is van hoe een verslag op zijn best kan 🙂
Ah , ik heet nog steeds Lamberts zie ik 🙂
Enige kans dat dit nog gecorrigeerd word naar Lambrechts ?
Normaal gesproken ben ik niet zo`n zeur ,maar ik vind het wel belangrijk enigszins correct vermeld te staan.