Intern

Schaaktoppers komen goed weg

De gevestigde orde had het moeilijk in de vierde ronde van de interne schaakcompetitie. Clubkampioen Krishnasing en koploper Lensink kropen beiden door het oog van de naald. Ook waren er deze avond weer een aantal korte partijen.

Jan Timmerman eindigde vorig seizoen op de tiende plaats in de competitie en is voor dit jaar aangewezen als kopman van het Tweede Achttal. Hij speelt vaak mooie partijen, maar tegen de toppers van het Eerste Achttal gaat het vaak aan het eind van de partij mis. Tegen Daan Lensink speelde Timmerman opnieuw een sterke partij. Hij kwam zelfs een kwaliteit voor en leek op een overwinning af te stevenen. Hij moest alleen oppassen voor de tijdnoodfase. Maar dat ging ook goed. “Gelukkig, nog maar één zet,” zei hij zelfs tegen Lensink, met nog ruim een minuut bedenktijd. Timmerman ging er nog eens even goed voor zitten, overwoog zijn mogelijke zetten, rekende wat door, verzonk in gedachten en voerde toen zijn vijfendertigste zet uit. Te laat. Negen seconden te laat! Vol ongeloof keek hij naar de klok. Lensink kon er ook niks aan doen. “Ik wilde nog proberen er remise uit te halen; winst zat er voor mij niet meer in,” gaf hij toe.

Goed fout
Clubkampioen Ashley Krishnasing is het seizoen slecht begonnen, met nederlagen tegen Lensink en Meijer. Dan daal je op de ranglijst en kom je – met respect – tegen spelers van een ander kaliber. Freek Beekhuis was vorig jaar meestal zo’n 30 plaatsen onder Krishnasing te vinden, maar was dit seizoen goed begonnen met overwinningen op Oldekamp en Vermulst. Zijn goede spel trok Beekhuis door en er ontstond een spannende partij. Met een witte dame op h8 en een toren op h7 moest Krishnasing zijn koning goed verdedigen, terwijl hij zelf ook nog wat probeerde aan te vallen. Een complexe stelling die door Beekhuis op Cruyffiaanse wijze werd omschreven: “Zolang het niet fout was, was het goed. Maar als het fout zou gaan, dan zou het ook goed fout gaan.”Beekhuis kreeg meerdere kansen om het af te maken, maar verloor uiteindelijk toch nog, omdat hij een toren weggaf. “Als hij die zet niet gedaan had, dan had ik opgegeven,” gaf Krishnasing aan hoe dichtbij de sensatie was geweest.

Ed Duister overzag een simpele combinatie waardoor hij een pion verloor tegen Marco Meijer. Gelijk daarna deed Duister echter een heel goede zet waarmee hij de pionnenstructuur van Meijer open brak en een pion terug kon winnen. De stelling leek zelfs beter voor Duister. Hij was echter nog zo onder de indruk van het pionverlies dat hij remise aanbood. Meijer kon niet weigeren. Zo kwamen beiden goed weg.

Eerste
Het jeugdige onderonsje tussen Mees Heeringa en Menno Muller werd na mooi spel gewonnen door Heeringa, die zo de top tien binnenkomt. Geertièn de Vries speelde zijn eerste partij van het seizoen, maar kon daar met weinig plezier op terugkijken. Ton Koekkoek was te sterk. Koekkoek had zijn schaakmaatje Mario Lambrechts meegenomen naar de club om sfeer te proeven. Lambrechts bleek een aardig potje te kunnen schaken, maar trof in Eble Mink een tegenstander die in ieder geval deze avond te sterk was. Thijs Michels dirigeerde zijn stukken gedecideerd richting koning van Isaak Schipper en behaalde zo zijn eerste overwinning. Dat had Martin Bunschoten vorige week gedaan. Nu kwam hij echter tekort tegen Martijn Kruiswijk.

Kort
Vorige week werd op deze plek melding gemaakt van een aantal korte partijen. Ook deze ronde waren er weer een aantal partijen snel afgelopen. Zo gaf Conrad Keijzer al vlug pardoes zijn dame weg tegen Rien van Brummelen. Kasper Wiegers gebruikte zijn dame juist in de aanval op de koningsstelling van Ger Oldekamp. Thur Breukers maakte korte metten met Johan Vermulst. Veel langer speelden Erik van Lier en Rob Boss. In de langste partij van de avond kwam er een eindspel op het bord waarin Boss een pionnetje meer had, maar het onduidelijk was hoe hij hier gebruik van zou kunnen maken. Met slechts enkele minuten op de klok vond Boss het best en accepteerde hij het remisevoorstel van Van Lier.

Uitslagen ronde 4
Timmerman -Lensink          0−1
Meijer – Duister                     ½−½
Keijzer – Van Brummelen   0−1
Vermulst – Breukers             0−1
Heeringa – Muller                  1−0
Beekhuis – Krishnasing       0−1
Van Lier – Boss                     ½−½
Koekkoek – De Vries            1−0
Oldekamp – Wiegers            0−1
Mink – Lambrechts               1−0
Kruiswijk – Bunschoten      1−0
Schipper – Michels               0−1

Stand aan kop
1     Lensink                        194,0
2     Losekoot                    166,0
3     Meijer                          130,0
4     Duister                         112,0
5     Van Brummelen       111,0
6     Timmerman               109,0
7     Van Voorthuizen     88,0
8     Heeringa                      88,0
9     Breukers                      88,0
10  Keijzer                          82,0

Vrijdag wordt er niet voor de competitie gespeeld vanwege de algemene vergadering. Voor de jeugd zijn er wel lessen en competitie, vanaf 18.30 in het Rode Kruisgebouw, Burgemeester Penstraat 6, Baarn. Meer informatie over het schaken in Baarn is te vinden op de website www.baarnseschaakvereniging.nl of te verkrijgen bij secretaris Ton Koekkoek, tel. 5420605.

2 comments

  1. Een complexe stelling die door Beekhuis op Cruyffiaanse wijze werd omschreven: “Zolang het niet fout was, was het goed. Maar als het fout zou gaan, dan zou het ook goed fout gaan.” Peter van de Veer, lees je mee?
    Leuk verslag Marco, ik heb wat gemist!

  2. Goed verslag, Marco. De hand van de meester is nog steeds herkenbaar!

Comments are closed.